Bovenstaande afbeelding: De toernooicommissie bij het Zwijndrechtse Ter Steeghe, met van links naar rechts Remco de Weerdt, Monique Lodder, wedstrijdleider Martijn de Weerdt, Anika van Breugel-Bierhaus en Leendert de Jong. Denny Hilgers ontbreekt op deze foto. © Richard van Hoek
Voor vrijwel elke tennisvereniging is het open toernooi, zowel qua inkomsten als gezelligheid, het hoogtepunt van het jaar. Wat komt er allemaal bij kijken om een dergelijk evenement op poten te zetten? Een kijkje in de keuken bij het Zwijndrechtse Ter Steeghe.
Martijn de Weerdt is al sinds een kleine twintig jaar wedstrijdleider bij Ter Steeghe, waar gisteren de finales van het Van Gent Open werden afgewerkt. De toernooicommissie bestaat in totaal uit zes personen.
„Het zijn allemaal mensen die in hetzelfde plaatje passen, we vormen een soort van vriendengroep’’, vertelt De Weerdt. „Met allemaal dezelfde instelling: aanpakken en inspringen als iemand er even doorheen zit. Wanneer je na een feestavond om half vier thuis bent, zegt een ander dat hij de dag erop wel opent. Dat gaat heel natuurlijk en iedereen vindt het ook leuk om hier te zijn.’’
Goed te behappen
Met zes mannen en vrouwen is de organisatie ook goed te behappen. De Weerdt: „Vroeger waren het er meer, maar dit is een prima aantal. Eén of twee zijn er goed in de planning en als het eenmaal loopt kan iedereen achter de computer plaatsnemen.’’
"In maart weet ik dan wel of de begroting, waarbij we altijd conservatief zijn wat betreft het aantal inschrijvingen, in orde is"
Martijn de Weerdt, toernooileider Ter Steeghe
De Weerdt en zijn ploeg komen, voor het toernooi van half juni, in januari al weer voor het eerst bij elkaar. „Daarna doen we dat nog eens per maand en is er zeer regelmatig contact via de app. Daarin laten we onder meer weten welke sponsors akkoord zijn. In maart weet ik dan wel of de begroting, waarbij we altijd conservatief zijn wat betreft het aantal inschrijvingen, in orde is.’’
Twee feestavonden
Aan de hand daarvan kan bijvoorbeeld worden bekeken hoe groots Ter Steeghe de twee feestavonden - op woensdag en vrijdag - kan aanpakken. „En ik weet dan ook hoe hoog het prijzengeld kan zijn’’, aldus De Weerdt.
„Soms is er nog een sponsor nodig en dan spreken we ons netwerk aan. We komen er altijd wel uit. Het gaat ons om het totaalplaatje. Er staat nu ook weer een springkussen, zodat ouders hun kinderen kunnen meenemen. Zij blijven dan langer zitten en dat is weer goed voor de omzet.’’

Bovenstaande afbeelding: Beeld uit de finale in het mannen-dubbel 3 bij Ter Steeghe van vorig jaar, met Edgar de Weerdt (links) en Rens in ’t Veld. Het duo was ook dit jaar de sterkste. © Richard van Hoek
Een niet onbelangrijke stap is het benaderen van deelnemers. „We gebruiken daarvoor de mailadressen van de inschrijvers van het jaar ervoor’’, licht De Weerdt toe. „En tegen de sluiting sturen we nog een reminder per mail en we gebruiken onze socials. Voor de hogere categorieën appen of bellen we. En spelers van ons eerste team benaderen tegenstanders tijdens de competitie. Zo komen sterke tennissers van Barendrecht en Rhoon bij ons terecht.’’
Hoog aantal inschrijvingen
Het aantal inschrijvingen is dit jaar hoog bij Ter Steeghe, waar in categorie 3 zowel single als dubbel wordt gespeeld. „We zitten op 255 spelers, goed voor 246 wedstrijden. Dat is met acht banen goed te doen.’’
En dan de week zelf. Wat is het belangrijkste? „Het weer’’, stelt De Weerdt, die wat dat betreft - op wat buitjes op de finalezondag na - geen klagen heeft. „Uitwijken is ook moeilijker geworden, omdat er door de opkomst van padel in de hal in Zwijndrecht nog slechts vier tennisbanen liggen. De Dordtse Schenkeldijk is dan ook een optie, maar je wilt zeker niet verder weg. En het liefst natuurlijk helemaal niet, want op het eigen park is het toch veel gezelliger.’’
"Er zijn ook spelers die een w.o. geven op het moment dat ze niet meer kunnen winnen, dat is ook heel vervelend"
Martijn de Weerdt, toernooileider Ter Steeghe
„En verder hopen we dat de deelnemers niet al te moeilijk doen’’, vervolgt De Weerdt. „Dus geen verhinderingen op het laatste moment, al blijft dat altijd wel voorkomen. Er zijn ook spelers die een w.o. (een walk-over, red.) geven op het moment dat ze niet meer kunnen winnen, dat is ook heel vervelend.’’
„Ik probeer ze daarop aan te spreken. ‘Serieus? We doen dit voor jullie’, zeg ik dan. Het komt dan toch voor dat ik ‘Oké, dan kom ik wel’ te horen krijg. En soms loopt de planning in de war, omdat een partij die om zes uur begint drieënhalf uur duurt. We hebben niet veel marge, dus dan schuift alles naar achteren. Maar daarvoor is alle begrip.’’
Groot compliment
En dan breekt de zondagavond aan: het zit erop. „We halen de doeken eraf en ruimen alles op. En dan naar huis, een gezamenlijk etentje of barbecue doen we later. Je ligt vaak niet voor twee uur in bed, dus dan heb je het na zo’n week echt wel even gehad’’, besluit Martijn de Weerdt, terwijl een deelnemer hem bedankt voor de uitstekende organisatie. Een groter compliment is niet denkbaar...
André Valk 23-06-25, 11:00