Leraarschmidtjub2020

“Tennis is nog altijd de sport waar mijn hart ligt”

Na meer dan vijftig jaar bij het Amsterdamse TC Elzenhagen zette tennisleraar Ton Schmidt onlangs een punt achter zijn loopbaan. Het was mooi geweest, al had hij er op de laatste dag nog net zoveel plezier in als toen hij begon. Nu, enkele maanden na zijn afscheid, blikt de bijna 73-jarige Schmidt terug. Hij maakte ‘de gouden jaren’ voor tennisleraren in Amsterdam mee en zag tennis door de jaren heen veranderen, van elitesport naar een sport voor werkelijk iedereen. Hij herinnert zich bijvoorbeeld nog goed hoe hij in Den Haag een keer van de baan werd gestuurd omdat hij geen witte, maar een rode trui aan had. In al die tijd overwon echter altijd de liefde voor de sport. “Het plezier van al die mensen en het gevoel dat je gewaardeerd wordt, daar doe je het voor.”

Een tennisleraar heeft een essentiële rol op de vereniging, zoveel weten de meeste tennis- en padelverenigingen wel. Natuurlijk zorgt een leraar ervoor dat tennissers hun vaardigheden ontwikkelen, maar hij kan veel meer betekenen. Een goede tennisleraar heeft een belangrijke sociale en bindende rol binnen een vereniging, is een bekend gezicht, een aanspreekpunt, een aanjager. “Dat is ook wat ik het meest ga missen”, vertelt Schmidt. “Het sociale aspect, het onder de mensen zijn. Een geintje uithalen met elkaar en lekker dollen. Ik heb het eigenlijk altijd alleen maar heel erg naar mijn zin gehad.”

De carrière van Schmidt als tennisleraar begon omdat hij wel een extra zakcentje kon gebruiken. “Ik tenniste al op het gemeentelijke tennispark Jaagpad, in Amsterdam-Zuid. De exploitant van dat park beheerde ook tennispark Elzenhagen in Amsterdam-Noord. Toen ik in militaire dienst trad en ging studeren, zocht ik nog een baantje om wat bij te verdienen. Ik vroeg de exploitant of ik tennisles kon gaan geven en dat mocht. Zo kwam ik in 1970 op tennispark Elzenhagen terecht.”

Gouden jaren

Wat begon als een bijbaantje, veranderde al gauw in het behalen van de benodigde lerarenlicentie en een fulltime baan. “Ik studeerde wel, maar ik zag het niet zitten om dagenlang op kantoor te zitten. Ik ben echt een buitenmens en had het als tennisleraar gewoon ontzettend goed naar mijn zin. Daarom heb ik in 1971 de lerarenopleiding gevolgd en behaalde ik in 1972 mijn licentie. Ik mocht lesgeven van 09.00 uur tot 18.00 uur, vijf dagen in de week. Dat heb ik jarenlang volgehouden omdat er in Amsterdam-Noord een enorme vraag naar tennisles was. In de jaren zeventig en begin jaren tachtig kwamen er duizend leden op het tennispark, het floreerde echt. Het was toen zó druk. Mensen waren bereid het dubbele te betalen, zo lang ze maar een uur tennisles kregen.”

“Die gouden jaren werden wat minder rond 1990”, vervolgt Schmidt. “Er speelden twee verenigingen op tennispark Elzenhagen, maar halverwege de jaren negentig fuseerden zij omdat het park wegens woningbouw dreigde te verdwijnen. Dat zorgde ervoor dat het ledenaantal terugliep. Inmiddels hebben we een prachtig nieuw tennispark, verscholen in het Amsterdamse Vliegenbos. De vereniging bloeit weer, met opnieuw ruim duizend leden en ongeveer honderd op de wachtlijst. Er zit nu een tennisschool op het park, zij verzorgen alle lessen voor de jeugd. Daardoor heb ik de laatste tien, vijftien jaar alleen nog groepslessen gegeven aan recreatieve senioren, terwijl ik vroeger bijna altijd privélessen verzorgde. Maar dat is hartstikke mooi hoor, senioren die ontzettend hun best doen en gemotiveerd naar dat uurtje tennisles per week komen.”

Meerdere generaties

In zijn vijftigjarige loopbaan als tennistrainer kwam Schmidt alle leeftijden en niveaus tegen. Jong en oud, recreatief of erg ambitieus: hij heeft ze allemaal onder zijn hoede gehad. Van sommige families leerde hij maar liefst drie generaties tennissen. “Maar in de loop der jaren is er erg veel veranderd. Ik ben begonnen met een houten racket, net als de oudste generatie die ik lesgaf. Als ik nu zie hoe verschrikkelijk hard de jeugd al kan slaan… Dat is prachtig, die progressie. In mijn beginperiode was tennis ook nog heel elitair. In Den Haag ben ik ooit eens van de baan gestuurd omdat ik een rode trui aanhad. Dat moest wit zijn, ik mocht mijn competitiewedstrijd niet spelen zolang ik die rode trui aanhield. Dat is nu ondenkbaar.”

Erelidmaatschap

Op vrijdag 4 september kreeg Schmidt een schitterend afscheid, als dank voor vijftig jaar trouwe dienst. Naast tennisleraar pachtte hij namelijk ook ruim twintig jaar de kantine en nam hij plaats in de technische commissie. Schmidt ontving onder andere een erelidmaatschap, nadat eerder al twee bankjes op het park naar hem vernoemd waren. “Achteraf voelt het alsof de tijd voorbij is gevlogen. Je bent er helemaal niet zo mee bezig, maar op een gegeven moment besluit je om te stoppen. Mijn licentie loopt in november af en ik vind het puntensysteem fantastisch, maar op zo’n cursus pas ik eigenlijk niet meer tussen alle jongeren die net beginnen aan hun carrière. Het is mooi zo. Ik blijf absoluut langskomen en wil zeker nog één of twee keer in de week een balletje komen slaan. Tennis is nog altijd de sport waar zonder meer mijn hart ligt.”